Diom De Kossa - Wasso


Mijn muzikale kennis van Ivoorkust beperkte zich tot voor kort tot één muzikant, de bekende reggaezanger Alpha Blondy. Deze voormalige Franse kolonie is vooral bij mij bekend door een aantal voetballers. Diom De Kossa werd in het kleine dorpje Toufinga geboren, gelegen in het noordwesten van Ivoorkust. Hij behoort tot het Mandé-volk.  In zijn jeugd plukte hij overdag koffiebonen en zou spoedig de drummer van het dorp worden voor ceremonies en feestvieringen. Zijn grote talent bleef niet lang onopgemerkt en werd hij geselecteerd om deel uit te gaan maken van het Nationale Ballet van Ivoorkust. Na korte tijd werd hij leider van de drummersectie. Tien jaar lang gaf hem dit de mogelijkheid de verschillende tradities en ritmes van het land te leren kennen. Vervolgens vestigde hij zich in Noorwegen, waar hij nu reeds 3 decennia deel van de muziekscene uitmaakt. Wasso is inmiddels zijn vijfde album en het tweede album met een band. Hij werkt al vijftien jaar samen met de ervaren Noorse muzikanten Kenneth Ekornes (drums, percussie en zang) en Olaf Torget (gitaar, ngoni en zang). Beide bestudeerde de traditionele muziek van Brazilië en West-Afrika. Het viertal wordt sinds kort gecompleteerd door de Braziliaan Tiago Mendez (bas en zang). De basis van de door Diom geschreven composities liggen in de Afrikaanse muziek, maar er zijn ook Braziliaanse invloeden terug te horen. De composities worden door de groep gezamenlijk gearrangeerd. Liedjes waarin de percussie een hoofdrol spelen, net als de voor veel traditionele Afrikaanse muziek kenmerkende beurtzang. Opener DjéDjé Ayoka is een ode aan Ernesto Djedje, de uitvinder van de gesyncopeerde dansmuziek Ziglibithy. Massingo is een loflied over zijn moeder. Veel liedjes hebben de tradities als onderwerp. De afsluiter Tonerre heeft betrekking op natuurkrachten als donder en bliksem. Diom zingt het op fraaie wijze a capella in de vrije natuur. De enige instrumentale track is Kongbema. Door de repeterende zang kan de muziek een hypnotiserende werking hebben op de luisteraar. Wasso laat een goed ingespeeld kwartet horen in muziek, voornamelijk gebaseerd op de West-Afrikaanse traditionele muziek. Het is een topper in het wereldmuziek genre.              
Theo Volk
Releasedatum: 3 maart 2017 Heilo



Daniël Lohues - Moi


Na de succesvolle groep Skik startte Daniël in 2006 zijn succesvolle solocarrière met de uit vier delen bestaande Allennig serie. Met de regelmaat van de klok brengt hij sindsdien bijna jaarlijks een soloplaat uit. En nooit stelt hij teleur, zijn laatste album Aosem was weer van ouderwetse klasse. Meestal volgt direct op de release van zijn cd’s een uitvoerige tournee, zo ook bij zijn nieuwste schijf Moi. Het gaat Daniël al vele jaren voor de wind met zijn muziekcarrière. Hij zou niets anders willen en kunnen doen, blijkt maar al te duidelijk uit de tekst van opener Laot Mij Mar Lekker Dit Doen :
“Omdat ik niet anders kan
Dit is mien heden, mien toekomst, mien verleden
Laot mij mar lekker dit doen
Wordt der zowat gelukkig van”
Hij telt hier duidelijk zijn zegeningen. Dit keer zocht hij zijn onderwerpen dichter bij huis. Wellicht heeft dat te maken met het feit dat hij sinds hij zijn rijbewijs gehaald heeft, regelmatig tochtjes maakt aan allebei de kanten van de grens van Nederland en Duitsland. Een van die ritjes zou de inspiratiebron voor het liedje Widukind kunnen zijn. Widukind, ook wel Wittekind, was de leider van het Saksische volk ten tijde van de Saksenoorlog tegen Karel de Grote. Ook het idee voor Waor Wo’j Dan Nog Hen zal hoogstwaarschijnlijk zo ontstaan zijn. De toestand in de wereld houdt hem ook heel erg bezig. De bijzonder fraaie afsluiter Ärgens Langs ’n Lang Kanaal, Kom Dans Met Mij en Gewoon ’n Dag Op ’n Dorp getuigen hiervan. Zij het dat dit thema in het laatstgenoemde vrolijke liedje enigszins verstopt zit: “Veur zo’n aanslag hier is gien mense bange”. Zijn voorliefde voor de natuur is bekend. Vlieg Dan Toch!, is een fraai liedje over een spreeuw, waar iets mee aan de hand is. Zoals wel vaker vormt zijn moeizame relatie met vrouwen een thema. In Vredesnaam behoort trouwens tot de mooiste liedjes. In Zo Hard As De Tied Giet beseft hij zich steeds meer dat de tijd steeds sneller lijkt te gaan. Zodat Ok Bij Mij de Wind Goed Stiet is een troostlied voor een goede vriend van hem. Zoals ik al eerder aangaf, Daniël stelt nooit teleur, ook op Moi niet!  
Theo Volk

Releasedatum: 3-3- 2017 Greytown Recordings

Website: http://www.lohues.nl/



Moji and the Midnight Sons - What I Saw on the Way to Myself


Zonder Torgeir Waldemar had ik deze groep nooit ontdekt. Onlangs ontving ik zijn geweldige cd No Offending Borders, echter zonder de credits en de teksten. Later kreeg ik die apart van de platenmaatschappij alsnog toegestuurd. De tekst van het slotnummer I See the End blijkt geschreven te zijn door Moji Abiola, een naam die geen enkel belletje deed rinkelen. In eerste instantie leverde internet ook geen resultaat, maar zoals wel vaker bood Facebook uitkomst. Moji Abiola blijkt de frontvrouw te zijn van het trio Moji and the Midnight Sons, die verder bestaat uit Bjarni M Sigurðarson (gitaar) en Frosti Jón Runolfsson (drums). Laatstgenoemde ontmoette ze toevallig in een whisky bar in Reykjavik. Nog diezelfde avond zaten ze samen in Frosti’s huisstudio en improviseerde Moji een melodielijn over een instrumentale track van de andere twee. De songs werden slechts in enkele dagen geschreven en de afwerking van de cd ging ook zeer voorspoedig. Het album bevat een mix van blues rock met wat country invloeden. Haar uiterlijk en haar gedreven zang riep bij mij herinneringen op aan een andere geweldige zangeres, Yola Carter, voorheen Yolanda Quartey, zangeres van Phantom Limb, een groep die helaas ter ziele is gegaan. Maar Moji Abiola doet zeker niet voor haar onder. Ze deelde al het podium met Eddie Vedder en Glen Hansard. Hier en daar hoor ik de invloed van Led Zeppelin, zoals in Dog Days of Summer. Haar zang weet zowel in de stevigere nummers als in de meer ingetogen songs diep te raken. De liedjes zijn zonder uitzondering erg sterk. Persoonlijke favorieten zijn afsluiter Wrapped in Your Love en het opzwepende Danger Danger. Zwaar verslavend, hopelijk krijgt What I Saw on the Way to Myself snel een vervolg!   
Theo Volk
Releasedatum: oktober 2016 Eigen Beheer

Torgeir Waldemar - No Offending Borders


Op de afgebeelde stoel op de hoes zat Wilhelm II, koning van Pruisen en keizer van Duitsland, toen de Serviërs het Habsburgs ultimatum niet op alle punten accepteerde. Zo ontstond er oorlog tussen Oostenrijk en Servië, waarbij Wilhelm II zijn steun gaf aan Oostenrijk en de oorlog uiteindelijk zou ontaarden in de Eerste Wereldoorlog. Welke beslissing zou jij toen genomen hebben?! De thema’s  op No Offending Borders laten ons zien met welke serieuze zaken we iedere dag in ons leven te maken hebben. Zowel op persoonlijk vlak, relaties die verwateren of zelfs verloren gaan, het verlies van dierbaren, maar ook op nationaal en globaal vlak. Denk bijvoorbeeld aan het vluchtelingenprobleem, de verontrustend hoge zelfmoordenstatistieken en de positie van de zwakste in onze samenleving. De negen rijkste personen op aarde bezitten net zoveel als zesendertig procent van de wereldbevolking. Het zijn niet bepaald de vrolijkste thema’s waar Torgeir Waldemar Engen over zingt. De prachtige akoestische opener Falling Rain is een cover van Link Wray, waarin Torgeir zichzelf begeleidt op gitaar en mondharmonica. Het gaat over de waanzin van oorlog. Link Wray was niet alleen een van de beste gitaristen van de vorige eeuw, maar ook een oorlogsveteraan, die zowel lichamelijk als geestelijk als een wrak terugkwam uit de Koreaanse oorlog. Bijgaande regels zeggen veel over de ontberingen die hij moest ondergaan: “My mind is like a spring in a clock, It won’t unwind, I can't see, can't think, can't feel, I'm out of time” 

Ook het stevige rocknummer Summer in Toulouse heeft oorlog als thema, maar ook het feit dat politici vaak niet te vertrouwen zijn: “When we are all deluded by the line of dead presidents”. Het thema van Among the Low lijkt me geen verdere uitleg nodig te hebben. Island Bliss is een terugblik op gelukkiger tijden. Bijzonder fraai akoestiek gitaarspel en opvallend is het  gebruik van twee mellotrons, misschien wel de mooiste song van het album. Sylvia (Southern People) is een lied waarop Neil Young in zijn allerbeste dagen patent op leek te hebben. De in de song genoemde Sylvia Bell lijkt me een fictief persoon, welke eventueel een verwijzing zou kunnen zijn naar Sylvia Plath, naast haar gedichten, bekend geworden door haar roman The Bell Jar. Zij worstelde met grote depressies en pleegde uiteindelijk zelfmoord. Indringend is The Bottom of the Well, waarin een verwijzing zit naar Nick Cave (“It’s the echo of the boatman’s call”). Souls on a String kwam reeds op single uit, met op de hoes een afbeelding van de beroemde postduif Cher Ami. Deze duif wist ondanks dat ze aangeschoten werd met haar bericht de eigen linies te bereiken en het leven van 194 soldaten te redden. Het is trouwens de enige song die bij mij enige gewenning nodig had. Een religieus tintje heeft de magnifieke afsluiter I See the End, waarvan de tekst werd geschreven door Moji Abiola. No Offending Borders bevat een uitgekiende en verslavende mix van akoestische folkliedjes en intense rock songs, die volgens mij geen enkele luisteraar onberoerd zal laten. Absoluut een essentieel album.      
Theo Volk
Releasedatum: 24 februari 2017 Ja. Jansen plateproduksjon / PIAS
Website: http://www.torgeirwaldemar.com/


Ralph de Jongh - Dancing on a Volcano


Afgelopen jaar vierde Ralph niet alleen een jubileum, maar het was ook nog eens zijn meest succesvolle jaar uit zijn carrière. Nooit eerder trad hij zo vaak in een jaar op en bracht hij de twee geweldige dubbelalbums uit, Live @ the Noot en Lonesome Man / Ocean of Love. Over laatstgenoemde, anderhalf uur durende, album schreef ik een uiterst lovende recensie. Dancing on a Volcano is een trilogie geworden bestaande uit de delen Highway Man, Bemuse Me en Misty Train. Deze ambitieuze box duurt maar liefst ruim tweeënhalf uur. Om maar met de deur in huis te vallen, het is voor mij zijn meest geslaagde album tot nu toe geworden. Als je Ralph opzoekt op internet krijg je als eerste treffer Ralph de Jongh, bluesman. Uiteraard vormt de blues de basis voor zijn muziek, maar hij put ook uit diverse andere genres. Als songschrijver is hij duidelijk gegroeid en veelzijdiger geworden. Dat levert een bijzondere song op als China, in één take vorig jaar lente opgenomen in de kelder van drummer Arie Verhaar. Zijn fascinatie voor China ontstond overigens in zijn tienerjaren, nadat hij de roman Het verboden rijk van Slauerhoff had gelezen. De interesse werd zelfs zo groot dat hij in 2003 afstudeerde aan de Universiteit van Amsterdam als wijsgeer kunst en cultuur, Antieke Chinese wijsbegeerte met betrekking tot de plek van muziek in de samenleving. Het album Highway Man en de song Highway Man zijn opgedragen aan Max Joosten, Leen Wander en Piet Dik. Zij brengen Ralph trouw naar concerten en weer terug naar huis. Overigens een geweldige song, die als het door The Stones zouden worden uitgebracht, ongetwijfeld een dikke hit zou worden. Maar wie weet pikt de radio deze versie op. Er is ook een geweldige live-versie van het nummer te vinden.




Naast het nodige stevigere werk, is ook een gevoelig en persoonlijk lied te vinden als Still a Fool, een van Ralph’s persoonlijke favorieten. De mijne is All the Sweet Love, wat mij betreft twee keer zo lang had mogen duren. Nog een lied met een speciale betekenis is Dear Mama. Hij schreef het al in 1996 bij zijn ouders thuis in Nispen. Het gaat over de moeilijke keuze om te stoppen met zijn studie sociale geografie en te kiezen voor het onzekere bestaan van muzikant. Het schrijven van songs gaat hem gemakkelijk af. Hij ziet zichzelf als een transistor, meestal zijn de tekst en muziek er tegelijkertijd. Veelal ontstaan songs op de dag van optredens voor aanvang. Mijn favoriete liedje All the Sweet Love ontstond a capella in de lente van vorig jaar tijdens een wandeling door het bos. Het is geschreven voor familie, vrienden en al zijn fans. Een aantal van die hondstrouwe fans staan afgebeeld in het prachtige, meegeleverde boekje. Daar is ook de nodige informatie te vinden over zijn leven en zijn ontwikkeling als muzikant. Er zijn ook foto’s te vinden van de geweldige muzikanten,  die hem live begeleiden: Arend Bouwmeester, Maarten Ouweneel, Nico Heilijgers, Arie Verhaar en muze Monique Anderson. Onder de gastmuzikanten bevinden zich gelouterde krachten als Bas Paardekooper, Ewa Pepper, Ad van der Veen en last but not least Roel Spanjers. Ralph brengt alles in eigen beheer uit, Dancing on a Volcano is reeds via zijn website te koop. Eind maart zal hij instores verzorgen in een aantal Plato vestigingen en bij Concerto. Donderdag 23 maart is het eerste album release concert in de North Sea Jazz Club, met als gastheer uiteraard Johan Derksen. De tweede vindt plaats op zaterdag 25 maart bij Van Slag in het Drentse Borger. Dancing on a Volcano is Ralph’s meest ambitieuze album en zijn meest geslaagde en een essentieel album voor elke muziekliefhebber. 

Theo Volk

Website: http://ralphdejongh.com/







Sean Taylor - Flood & Burn


Het lag voor de hand dat Flood & Burn net als de vorige drie cd's opgenomen zou worden in Congress House Studios in Austin, Texas. De ervaren producer was andermaal Mark Hallman, die in het verleden werkte met bijvoorbeeld Carole King. In het begeleidende persbericht wat ik van Sean kreeg wordt Hallman’s belangrijke bijdrage aan dit album niet onder stoelen of banken gestoken. Naast de productie bespeelt Hallman net als op de voorgangers de nodige instrumenten. Op Flood & Burn zijn alle genres, welke Sean muzikaal beïnvloed hebben en vaak ontroerd hebben te vinden. Run to the Water en de titelsong zijn bluesnummers. The Cruelty of Man schuurt tegen jazz aan. Erg mooi is hier het trompetspel van Ephraim Owens. In dit nummer veegt hij de vloer aan met onze huidige, vaak oppervlakkige maatschappij. De thema’s staan deze keer weer wat dichter bij hemzelf. Op voorganger The Only Good Addiction Is Love liet hij zich inspireren door kunst en literatuur. Afsluiter Better Man gaat over het voorrecht om muzikant te mogen zijn, maar dat het tegelijkertijd niet altijd een gemakkelijk bestaan is. Overigens heb ik het nummer zelf omgedoopt tot Thirsty Man, omdat vooral het begin lijkt op de muziek van de bekende biercommercial van Grolsch, vakmanschap is meesterschap. Bad Case of the Blues had Sean niet kunnen schrijven als hij de muziek van Tom Waits niet gekend had. Het zeer aanstekelijke Troubadour en Life Goes On speelt Sean al jaren live, en zijn uiteraard in de tussentijd een stuk gegroeid. De enigszins ambient aandoende opener Codeine Dreams, waarin het fraaie saxspel van Joe Morales te horen is, laat Sean blijken dat hij zich nog steeds verder ontplooid als liedjesschrijver. Ook deze keer ontbreekt de viool van Hana Piranha niet, zij het dat ze deze keer iets minder prominent aanwezig is. En natuurlijk zou het album niet compleet zijn zonder de inbreng van de inmiddels zevenenzeventig jarige levende legende Danny Thompson. Welke andere muzikant kan zeggen dat hij gewerkt heeft met Nick Drake, John Martyn, Tim Buckley en Richard Thompson?! Danny is te horen in afsluiter Better Man. Sean schreef het met de staande bas van Danny in gedachte. Sean had al zeven prachtalbums op zijn conto staan en voegt er met Flood & Burn nummer acht aan toe. Hij kan met zijn intussen indrukwekkende oeuvre gerekend worden tot de belangrijkste Engelse singer-songwriters. Naar verwachting zal Sean in oktober Nederland aandoen voor concerten.        
Theo Volk
Releasedatum: 3 februari 2017 Eigen beheer


Replay: Tim Buckley - Dream Letter (Live in London 1968)


In de vrijdag verschenen nieuwe editie van Popmagazine Heaven staat een artikel, waarin tien medewerkers aangeven wat hun favoriete live-album is. Zelf heb ik heel weinig tot niets met het fenomeen live-album. Bij het doorlopen van mijn cd-collectie kom ik er volgens mij nog geen handvol tegen. Het bijna vier uur durende At Carnegie Hall van Chicago, USA van King Crimson, The Parkerilla van Graham Parker & The Rumour en mijn absolute favoriet Dream Letter van Tim Buckley. Tweede helft jaren zestig was Londen the place to be voor folkartiesten. Rond 1965 woonden er ook de nodige Amerikaanse muzikanten, waaronder Paul Simon en nog veel belangrijker, Jackson C. Frank. Hij zou een grote invloed gaan uitoefenen op onder meer Nick Drake en Sandy Denny. Van laatstgenoemde was hij niet alleen even de vriend, maar wist haar te overtuigen te kiezen voor een professionele muziekcarrière.  Dream Letter werd in 1968 in Londen opgenomen toen Tim Buckley pas 21 jaar oud was en hij tot dan toe twee albums uitgebracht had. Beiden zijn overigens mijn favoriete studioalbums van hem. Latere albums bevallen me beduidend minder. De zang zou later meer experimenteel worden en kon mij daardoor minder boeien. Op dit album worden zijn songs naar grote hoogtes gestuwd door klasbakken als Lee Underwood, David Friedman en Danny Thompson. Thompson was toen overigens net toegetreden tot Pentangle. Hij zou uitgroeien tot een levende legende, die anno 2017 nog steeds actief is. Zo is hij terug te horen op het nieuwe album van Sean Taylor, waarover ik van de week een recensie zal plaatsen. Overigens zou het erg lang duren, voordat Dream Letter uitgebracht zou worden, pas in 1990, 15 jaar na de dood van Tim Buckley.
Theo Volk

Tove K - Paying the Birds to Sing


Tove Kampestuen verdeelt haar tijd tussen muziek en acteren. Onlangs speelde ze nog mee in de Noorse TV-serie Meglerne en op dit moment staat ze in het theater. Tove bracht al eerder albums uit, waarop ze in haar moedertaal zingt. Op Paying the Birds to Sing hanteert ze voor het eerst het Engels. De songs zijn behoorlijk autobiografisch geworden, alhoewel ze zich dit pas realiseerde op het moment dat ze de studio inging. Rond die tijd scheidde ze van haar man en dat heeft een grote impact op haar en haar songs gekregen. Op dit album werkt ze voor het eerst samen met Peder Kjellsby. Zijn muziek was al jaren een grote inspiratiebron, vooral diens album Burglar Ballads. Haar grote voorbeeld als zangeres is overigens Beth Gibbons (Portishead), met name Out of Season gemaakt samen met Paul Webb wordt door haar gekoesterd. Ze moest wel eerst de nodige moed verzamelen om Kjellsby te benaderen voor deze samenwerking. Ze schuift het niet onder stoelen onder banken, dat hij een belangrijke rol heeft gehad op deze cd. Vooral zijn rol als arrangeur is erg bepalend geweest voor het eindresultaat, ze tillen de songs duidelijk naar een hoger niveau. Daarnaast had Tove de beschikking over de crème de la crème uit de Noorse muziek; Andreas Ulvo, Per Oddvar Johansen, Even Helte Hermansen, Sondre Meisfjord, Sjur Miljeteid, Olav Torgeir Kopsland en Kjetil Grande. Met laatstgenoemde zingt Tove een fraai duet in Save Me. Tove is overigens een buitengewoon goede zangeres. Paying the Birds to Sing is een bijzonder aangename verrassing, de songs wisten mij zeer snel te overtuigen. Daarnaast is het ook nog eens een album waar je snel naar teruggrijpt. Vooral een album voor de late uurtjes. Zeer warm aanbevolen!    
Theo Volk
Releasedatum: 24 februari 2017 Grappa
Website: http://www.tovek.no/ 


Rhiannon Giddens - Freedom Highway


De solocarrière van Rhiannon Giddens kreeg in september 2013 gestalte doordat ze door T Bone Burnett gevraagd werd voor het Another Day, Another Time concert in New York City’s Town Hall. Ze maakte toen grote indruk met haar vertolking van de traditional Water Boy. T Bone Burnett stelde haar na afloop voor om samen een album op te nemen. Haar debuutalbum Tomorrow Is My Turn werd over het algemeen goed ontvangen. Het resultaat was een gevarieerd album met een diversiteit aan stijlen. Volgens bepaalde criticasters te gevarieerd. Zelf omarmde ik het volledig. Het gaf Giddens de gelegenheid haar mogelijkheden als zangeres volledig te benutten. Afsluiter Angel City schreef ze zelf, de rest waren covers. Deze keer koos ze Dirk Powell als producer. De opnames vonden plaats in diens opnamestudio Cypress House in Breaux Bridge, Louisiana. Deze houten studio ademt de sfeer uit van lang vervlogen tijden. Het herinnert aan de tijden van de slavernij en aan de tijden van de zelfbewustwording van de gekleurde bevolking, die gelijke rechten eisten waarvoor ze een bepaalde tol zouden betalen. Wie de carrière van Rhiannon gevolgd heeft, weet dat het onderwerpen zijn waar zij zich in verdiept heeft.

Slavernij en zelfbewustwording vormen de thematiek op Freedom Highway. Negen van de twaalf liedjes schreef ze zelf of ze schreef eraan mee. The Angels Laid Him Away werd ooit bekend door Mississippi John Hurt, Birmingham Sunday werd geschreven door Richard Fariña. De fantastische afsluiter en titelsong, een duet met goede vriend Bhi Bhiman, werd bekend door The Staple Singers in 1965. Dat Giddens tot de beste zangeressen behoort was allang bekend, maar ze overtuigd hier ook als songschrijfster. Vooral in We Could Fly en Hey Bébé, welke ze samen schreef met producer Dirk Powell. Bijzonder is ook haar instrumentale nummer Following the North Star. Ze wordt omringd door buitengewoon goede muzikanten. Producer Dirk Powell wordt door velen gezien als de beste banjospeler op deze aardbol. Uiteraard ontbreekt haar goede vriendin Leyla McCalla niet. Samen zingen ze het prachtige duet Baby Boy. Het is een wederdienst voor de duetten die Giddens zong op de beide albums van Leyla McCalla. Naast voornamelijk traditioneel getinte nummers is een meer avontuurlijk lied te vinden als Better Get It Right the First Time, waarin zelfs gerapt wordt. Freedom Highway maakt grote indruk op mij en ik zal zeker niet de enige zijn bij wie dit zal gebeuren. Het kan niet anders dat het hoge ogen gaat gooien bij zowel critici als gewone muziekliefhebbers. Zaterdag 25 maart zal ze haar nieuwe repertoire presenteren in een uitverkochte Amstelkerk.           
Theo Volk
Releasedatum: 24 februari 2017 Nonesuch

String Bone - Love & Highways


String Bone oftewel in het dagelijks leven Barry James Payne. Barry is een Canadese singer-songwriter die samen met zijn Engelse vrouw in het plaatsje Stratford woont. Dat is niet ver vandaan van London, waar zijn avontuurlijke muzikale reis begon. Midden jaren zeventig was London vijf jaar lang zijn muzikale leerschool. Daar zag hij veel geweldige artiesten optreden als James Cotton, Long John Baldry en Muddy Waters. Laatstgenoemde wordt trouwens genoemd in een van zijn liedjes. In die jaren ontmoette hij ook interessante muzikanten als Willie P. Bennett, een van de beste liedjesschrijvers uit de Canadese historie, die bovendien een geweldige mandoline- en mondharmonicaspeler was. Fred Eaglesmith maakte ook lang gebruik van zijn diensten. Tegenwoordig vormt hij met Rick Taylor, een oudgediende van Willie P. Bennett, het duo Payne & Taylor. Zijn eerste echte muzikale stappen deed hij met het folktrio Everest. Eind jaren zeventig verhuisde hij naar Vancouver en kwam in het alternatieve rockcircuit terecht. Midden jaren tachtig speelde hij in de band Linear-b. Zijn solocarrière begon in 2009 met Nadir, dat onder anderen uiterst lovende recensies kreeg van RootsTime en AltCountryForum.  Voor  Love & Highways nam Barry ruim de tijd en dat heeft zeker geloond, want het is een prachtig album geworden.

Een groot aantal liedjes zijn geheel autobiografisch: I’m Taking My Time, Home, Somber Eyes, Bed en Cali Or Somewhere. Maar ook het heerlijke I Took That Train, wat trouwens een schoolvoorbeeld is van een goed gecomponeerd liedje. Tevens voorzien van een uiterst memorabel refrein. Echter nam, zoals in de tekst gesuggereerd wordt,  Barry als tiener niet de trein om die geweldige artiesten te zien, maar waren het die bluesartiesten uit de Mississipidelta zelf, die vanuit Chicago de trein namen om wat bij te verdienen in London. Het waren optredens, die bijzonder veel indruk maakten op de jonge Barry. Ook het fraaie, melancholische Take Hold of the Line is waar gebeurd. Het betreft een goede vriend, een briljante Canadese liedjesschrijver met wie Barry een jaar lang onder een dak woonde in Vancouver. Na een jaar kwam hij erachter dat zijn vriend verslaafd was aan codeïne en regelmatig een overdosis tot zich nam. Barry kon als jongeman niet goed overweg met die situatie, zodat beider wegen spoedig zouden scheiden. In 2006 vernam hij dat zijn toenmalige vriend was overleden en kwamen alle herinneringen uit die tijd weer boven en ontstond ook de song. Voor zangeres Mae Moore, die hier meezingt, heeft dit lied ook een speciale betekenis, omdat zij de overleden liedjesschrijver ook goed kende. Een van de twee covers is een ode aan de overleden Sue Sorensen, die tweede helft jaren zeventig ook deel uitmaakte van het folktrio Everest. Het betreft Birds van Neil Young, met hetzelfde vocale arrangement, wat Sue toen maakte. Bijzonder is de cover van Black Star van Radiohead. Barry hoorde het Gillian Welch een keer zingen bij een optreden. Bekende namen die meewerkten aan het album zijn Sarah Jane Scouten en Shannon Lyon, die tevens het album mede produceerde. Barry James Payne is naast een goede zanger met een prettig timbre, een ambachtelijke songsmid, waarvan Love & Highways een uitstekend bewijs is.     
Theo Volk
Releasedatum: 21 oktober 2016 Eigen beheer

The Most Ugly Child - Copper and Lace


De naam van de band belooft weinig goeds evenals de hoes, waarop een aantal kitsch schilderijen aan de muur hangen. Dat geldt zeker niet voor de muziek van dit Britse country powerhouse zestal. Frontman en frontvrouw zijn Daniel Wright en Stevie-Leigh Goodison, die samen ook verantwoordelijk zijn voor de meeste songs. Ze worden omringd door een uiterst strakke ritmesectie gevormd door Matt Cutler en Max Johnson beiden bekend van The Boom Hill String Band. Het zestal wordt gecompleteerd door Nicole J Terry (The Rip-Roaring Success) op viool en “Big” Jim Widdop (The Sadies, Los Pacaminos) op pedal en dobro. De eerste twee nummers, What Might Have Been en Golden Gates brengen de luisteraar in een vrolijke stemming. De opener wordt opgefleurd met een lekkere honky-tonk piano. Maar net als in het echte leven slaat de stemming weleens om. Roses is een droevig en ingetogen liedje, waar er meer van op het album staan. De meest liedjes zijn van de hand Wright, die over de liefde gaan en over verdriet. Er staan twee covers op Copper and Lace, What Might Have Been van Daniel Meade en een fantastische interpretatie van Lungs van Townes van Zandt. Vooral in dit laatste nummer hoor je hoe goed deze band is. Vergeet dus even de niet zo smaakvolle hoes, want dit album is absoluut de moeite waard.
Theo Volk
Releasedatum: 24 februari 2017 Eigen beheer
Website: http://www.themostuglychild.com/

The Teskey Brothers - Half Mile Harvest


Het enthousiasme van mijn muziekvrienden Henk en Willem voor Half Mile Harvest was dusdanig groot, dat snel mijn nieuwsgierigheid werd gewekt. En het moet gezegd, dat enthousiasme is terecht. De huidige bezetting bestaat al sinds 2008. Naast de gebroeders Sam (leadgitaar) en Josh Teskey (zang, rhythm gitaar) maken ook Brendon Love (bas) en Liam Gough (drums) deel uit van de groep. Vooral Josh heeft een vracht aan ervaring. Reeds als veertienjarige zong hij op straat het repertoire van Otis Redding. En met Otis Redding  associeerde ik direct zijn stem toen ik het album opzette. Waarschijnlijk zullen veel luisteraars ook direct die link leggen. Ook broer Sam heeft veel ervaring. Al spoedig zouden de broers als duo gaan optreden. Hun populariteit steeg al snel en in de tussentijd voltooiden ze hun muziekstudie aan de Melbourne Rudolf Steiner School. Met die karrenvracht aan ervaring starten ze de band The Teskey Brothers. In 2012 verscheen hun gelijknamige debuutalbum. De nieuwe schijf verscheen officieel gisteren. Het bevat vooral een heerlijke mix van retro R&B/Soul en blues. Om dezelfde sfeer  van die oude soul en blues te creëren maakte men gebruik van analoge apparatuur, wat de laatste jaren een ware trend aan het worden is. De band schreef en nam het album op gedurende de laatste twee jaar in hun eigen studio. Ze zien de nieuwe schijf als een hommage aan muzikale helden als B.B. King, Freddie King, Pink Floyd, Sam Cooke en uiteraard Otis Redding. Op Spotify zijn eventueel 8 tracks te beluisteren, op Bandcamp 10. Goede blues en soul wordt niet alleen in Amerika gemaakt, maar ook in Australië, luister maar eens naar Half Mile Harvest.      
Theo Volk
Officiële releasedatum: 3 februari 2017 Eigen beheer
Websites: http://theteskeybrothers.com/ en https://theteskeybrothers.bandcamp.com/

Tiny Legs Tim - Melodium Rag


Het schijnt een beetje een trend te worden de laatste jaren, opnemen met slechts een microfoon en analoge apparatuur. Op de hoes van Melodium Rag zijn de twee hoofdrolspelers afgebeeld achter een Melodium 42b microfoon, waarmee de titel voor de helft verklaard is. In lang vervlogen dagen werd deze microfoon ook gebruikt door legendes als Edith Piaf en Django Reinhardt. Intussen is Tim de Graeve toe aan zijn vierde album, waarop hij alleen wordt bijgestaan door Steven Troch op mondharmonica. Het spel van Troch is vooral functioneel en dienend. Af en toe treedt hij wat meer op de voorgrond zoals in de titeltrack, wat pure ragtime is. Veelal zijn de eigen geschreven nummers van Tim doordrenkt door de deltablues. De enige cover is Death Letter van Son House. In de liner notes van Kurt Overbergh, de artistiek directeur van Ancienne Belgique is te lezen op welke manier hij Son House ontdekte. Kurt leerde Death Letter kennen in de versie van zijn favoriete muzikant Jack White. Deze had het opgenomen op het tweede album van The White Stripes, getiteld De Stijl. Inderdaad vernoemd naar de bekende stroming, waarvan Gerrit Rietveld een belangrijke vertegenwoordiger was. Het was nog geen aanleiding voor Kurt om zich verder te gaan verdiepen in Son House. Dat gebeurde pas later na een bezoek aan het zuiden van de Verenigde Staten in augustus 2005 vlak voor de tragedie veroorzaakt door orkaan Katrina. Hij was daar om dezelfde lucht te gaan opsnuiven als van een blueslegende als Robert Johnson en het hout aan te raken van Dockery Farms. Daar vlakbij vond hij in het gras een ansichtkaart met daarop een tekening met de afbeelding van Son House en er boven de titel Death Letter. Op de lp-versie zijn de uitvoerige liner notes terug te vinden op de achterkant van de hoes. Dat roept bij mij nostalgische gevoelens op aan al die oude jazz- en bluesplaten van weleer, die hier mee voorzien zijn. Voor Tim zelf is Son House allang een van zijn favoriete blueshelden, vandaar zijn cover van Death Letter. Tim heeft getracht dezelfde sfeer van die oude deltablues platen te creëren op deze nieuwe schijf en hij is daar wonderwel in geslaagd. De meeste songs zijn zeer intens. Hoogtepunt van de plaat is voor mij Hardcore Blues, waarop hij zijn Martin 017 gitaar uit 1943 werkelijk geselt. Het stond overigens al op zijn debuutalbum, evenals Happiest Man in Town. Ik kan niet wachten om dit nummer live te horen en gelukkig kan dat binnenkort, want er volgt een uitgebreide release tour door Nederland en België. Melodium Rag is Tim’s meest intense en meest geslaagde album tot nu toe.            
Theo Volk
Releasedatum: 3 februari 2017 Sing My Title
Release tour:
06-02 RUISELEDE (BE) : Banana Peel Blues Club
08-02 BRUSSEL (BE) : Ancienne Belgique (Uitverkocht)
10-02 BREDA (NL) : MEZZ
15-02 IZEGEM (BE) : Cultuurhuis De Leest
18-02 HEUVELLAND (BE) : Dranouter Centrum
24-02 GRIMBERGEN (BE) : Club House CRV
04-03 NEERPELT (BE) : Dommelhof
11-03 NIEUWKAPELLE DIKSMUIDE (BE) : De Knocke
16-03 GELDERMALSEN : Betuwsblues
17-03 ZWOLLE (NL) : Statenzaal i.s.m. Hedon
18-03 HENGELO (NL) : Metropool
19-03 UTRECHT (NL) : De Molen i.s.m. Ekko
26-03 GISTEL (BE) : Cultureel Centrum Zomerloos
31-03 GENT (BE) : Trefpunt